Voorstelling van onze school
Klim-op is een vrije – katholieke - school buitengewoon lager onderwijs. Wij bieden type basisaanbod en type 1 aan.
Dit wil zeggen dat in onze school enkel kinderen kunnen ingeschreven worden met een verslag van het CLB (Centrum voor leerlingenbegeleiding).
Bij een inschrijving in het buitengewoon onderwijs moet de leerling in het bezit zijn van het verslag waaruit blijkt welk type voor hem aangewezen is. Enkel het CLB kan dit verslag opmaken.
Onze leerlingen zijn niet zichtbaar gehandicapt, maar ze ondervinden niettemin allerlei beperkingen in hun dagelijks leven. Deze zijn het gevolg van een sociaal-emotionele problematiek, al dan niet gekoppeld aan een licht verstandelijke beperking.
Het doel van het buitengewoon onderwijs type basisaanbod is om de kinderen op termijn zo optimaal mogelijk kansen te bieden opdat ze op latere leeftijd met een zo groot mogelijke zelfstandigheid kunnen meedraaien in het gewone leef- en werkmilieu, zeg maar de maatschappij. De doelen die we voor ogen houden, moeten dus realistisch, haalbaar en bruikbaar zijn.
Waarvoor staan wij in Klim-op?
Wij streven twee doelstellingen na:
1. De kinderen komen graag naar school en willen leren.
2. Wij willen met ieder kind zover mogelijk geraken in het leef- en leerproces. De mogelijkheden die het kind heeft optimaal benutten.
Onze leerlingen moeten zich in de eerste plaats goed voelen, anders kunnen ze niet tot leren komen. Om kinderen dus zowel tot ‘schools leren’ als tot ‘leren voor het leven’ te brengen, zijn we ervan overtuigd dat we moeten starten bij het welbevinden van het kind; de sociaal- emotionele invalshoek.
Wij geloven ook dat mensen – groot en klein - zich gelukkig kunnen maken en optimaal hun mogelijkheden kunnen benutten, als ze kunnen leven in autonomie,verbondenheid en competentie.
Autonomie, in de zin van zelf beslissingen en keuzes kunnen maken en zo je eigen vrijheid ervaren en bepalen.
Mensen zijn sociale wezens. Wij hebben nood aan verbondenheid, de behoefte om positieve relaties met anderen op te bouwen. Zo ontstaat geborgenheid, vertrouwen en veiligheid.
En als laatste competentie. Voor jezelf activiteiten tot een goed einde brengen. Je bekwaam voelen om opdrachten uit te voeren vanuit vaardigheden die je hebt of die je verder ontwikkelt.
Kort samengevat … we worden gelukkig als we in een gevoel van zelfstandigheid, in verbondenheid met anderen onze competenties kunnen ontwikkelen vanuit onze mogelijkheden, onze talenten. We moeten hierbij wel rekening houden met onze beperktheden. Deze levensfilosofie willen we ook onze kinderen eigen maken.
Praktisch bekeken kunnen we dit alles waarmaken door:
Maar wij willen in ons onderwijs ook tijd maken in functie van het kind en dan denken we bijvoorbeeld aan alles wat met communicatie te maken heeft om de werking op mekaar af te stemmen opdat alles zo effectief mogelijk zou verlopen.
Wij hebben hiervoor ook ‘middelen’:
In de tweede plaats spreken we over het personeel en hier kunnen we als buitengewoon onderwijs rekenen op specialisten, zowel binnen de ASV uren (Algemene Sociale Vorming) als binnen de paramedische uren (psycholoog, orthopedagoog, logopedist, kinesist).
We blijven als school verder specialiseren en inzetten in functie van de noden die er zijn.
Tot slot hebben we de materialen. Binnen ieder domein maken we gebruik van de meest geschikte materialen om kinderen tot zelfstandigheid te brengen.
Als afsluiter nog een belangrijk kenmerk van onze school. Bij ons heerst optimisme. We geloven ten volle in het nut van onze werking en vinden plezier in wat we kunnen betekenen voor onze kinderen. Dit werkt zowel bij collega’s, als bij kinderen en hun ouders aanstekelijk.
Dit wil zeggen dat in onze school enkel kinderen kunnen ingeschreven worden met een verslag van het CLB (Centrum voor leerlingenbegeleiding).
Bij een inschrijving in het buitengewoon onderwijs moet de leerling in het bezit zijn van het verslag waaruit blijkt welk type voor hem aangewezen is. Enkel het CLB kan dit verslag opmaken.
Onze leerlingen zijn niet zichtbaar gehandicapt, maar ze ondervinden niettemin allerlei beperkingen in hun dagelijks leven. Deze zijn het gevolg van een sociaal-emotionele problematiek, al dan niet gekoppeld aan een licht verstandelijke beperking.
Het doel van het buitengewoon onderwijs type basisaanbod is om de kinderen op termijn zo optimaal mogelijk kansen te bieden opdat ze op latere leeftijd met een zo groot mogelijke zelfstandigheid kunnen meedraaien in het gewone leef- en werkmilieu, zeg maar de maatschappij. De doelen die we voor ogen houden, moeten dus realistisch, haalbaar en bruikbaar zijn.
Waarvoor staan wij in Klim-op?
Wij streven twee doelstellingen na:
1. De kinderen komen graag naar school en willen leren.
2. Wij willen met ieder kind zover mogelijk geraken in het leef- en leerproces. De mogelijkheden die het kind heeft optimaal benutten.
Onze leerlingen moeten zich in de eerste plaats goed voelen, anders kunnen ze niet tot leren komen. Om kinderen dus zowel tot ‘schools leren’ als tot ‘leren voor het leven’ te brengen, zijn we ervan overtuigd dat we moeten starten bij het welbevinden van het kind; de sociaal- emotionele invalshoek.
Wij geloven ook dat mensen – groot en klein - zich gelukkig kunnen maken en optimaal hun mogelijkheden kunnen benutten, als ze kunnen leven in autonomie,verbondenheid en competentie.
Autonomie, in de zin van zelf beslissingen en keuzes kunnen maken en zo je eigen vrijheid ervaren en bepalen.
Mensen zijn sociale wezens. Wij hebben nood aan verbondenheid, de behoefte om positieve relaties met anderen op te bouwen. Zo ontstaat geborgenheid, vertrouwen en veiligheid.
En als laatste competentie. Voor jezelf activiteiten tot een goed einde brengen. Je bekwaam voelen om opdrachten uit te voeren vanuit vaardigheden die je hebt of die je verder ontwikkelt.
Kort samengevat … we worden gelukkig als we in een gevoel van zelfstandigheid, in verbondenheid met anderen onze competenties kunnen ontwikkelen vanuit onze mogelijkheden, onze talenten. We moeten hierbij wel rekening houden met onze beperktheden. Deze levensfilosofie willen we ook onze kinderen eigen maken.
Praktisch bekeken kunnen we dit alles waarmaken door:
- tijd te geven aan het kind en
- middelen in te zetten voor het kind
Maar wij willen in ons onderwijs ook tijd maken in functie van het kind en dan denken we bijvoorbeeld aan alles wat met communicatie te maken heeft om de werking op mekaar af te stemmen opdat alles zo effectief mogelijk zou verlopen.
Wij hebben hiervoor ook ‘middelen’:
- Ouders
- Personeel
- Materiaal
In de tweede plaats spreken we over het personeel en hier kunnen we als buitengewoon onderwijs rekenen op specialisten, zowel binnen de ASV uren (Algemene Sociale Vorming) als binnen de paramedische uren (psycholoog, orthopedagoog, logopedist, kinesist).
We blijven als school verder specialiseren en inzetten in functie van de noden die er zijn.
Tot slot hebben we de materialen. Binnen ieder domein maken we gebruik van de meest geschikte materialen om kinderen tot zelfstandigheid te brengen.
Als afsluiter nog een belangrijk kenmerk van onze school. Bij ons heerst optimisme. We geloven ten volle in het nut van onze werking en vinden plezier in wat we kunnen betekenen voor onze kinderen. Dit werkt zowel bij collega’s, als bij kinderen en hun ouders aanstekelijk.